Selecteer Pagina

John Mestebeld – Jouw hart

John Mestebeld – Jouw hart
Advertentie

De eerste tonen van de nieuwe single ‘Jouw Hart’ waarmee John zijn muzikale carrière een vervolg geeft, wijken behoorlijk af van het repertoire dat hij de afgelopen jaren opnam. John omschrijft het nummer zelf als lekker volks overgoten met een Hazes sausje. John is echter niet afgeweken van de opnamestudio uit Nederhorst Den Berg waar Hans Aalbers en Arjan Venemann de scepter zwaaien. Onlangs maakte John kenbaar dat hij het professioneler aan wilde pakken en de lat een stukje hoger wilde leggen. Heel toevallig had het componistenduo een liedje op de plank liggen welke perfect voldeed aan die voorwaarde. Nadat John de demo had beluisterd kreeg hij er een goed gevoel bij en gaf aan het project door te willen zetten. 

John: ‘Ondertussen heb ik een aantal liedjes opgenomen bij 2 studio’s en moet eerlijk zeggen dat ‘Jouw Hart’ heel goed bij me past. Ik behoor tot de 85% van de liefhebbers van het Nederlandstalige lied die genieten van muziek waar André Hazes bekend van is geworden. Met name de onderwerpen waar hij over zingt zorgen soms voor rillingen over het lijf. Dat gevoel krijg ik ook bij ‘Jouw Hart’. Het is een bijzonder mooi luisterliedje waarvan ik verwacht dat bij velen de volumeknop naar rechts gedraaid wordt. Als dat gaat gebeuren is de missie geslaagd’. 

In tegenstelling tot 99.9% van de artiesten is John (Mestebeld) een zanger die best veel aanbiedingen krijgt om op te treden, maar vanwege podiumvrees deze afslaat. Hij hoeft er niet van te leven en dat is wellicht de belangrijkste reden om zijn muziek te delen via andere wegen. Al zijn voorgaande liedjes zijn te streamen bij de bekende portals en ook is er beeldmateriaal te bewonderen op YouTube. Toch sluit John niet uit dat hij op een dag de angst overwint en in het openbaar zijn muzikale kunsten gaat vertonen. Nieuwe liedjes opnemen blijft hij gewoon met regelmaat doen. De opvolger staat inmiddels ook al in de startblokken en zal nog voor de zomer verschijnen. 

Met dank aan: Willem de Bie